Visit Us On TwitterVisit Us On InstagramVisit Us On Linkedin

Lees hier het winnende essay van Tessa Teurlings terug

Gepubliceerd door Nacht van de Lobbyist op


Waarom een Wereld Zonder Lobbyisten Geen Goed Idee Is

Elke lobbyist is waarschijnlijk bekend met de volgende situatie. Je bent op een verjaardagsfeestje of borrel aan de praat geraakt met een onbekende. Na het uitwisselen van een aantal beleefdheden komt het gesprek op de onvermijdelijke vraag: wat doe je eigenlijk? Wanneer je antwoordt dat je lobbyist bent krijg
je soms een glazige, en soms een afkeurende blik, afhankelijk van wie er tegenover je staat. Gesprekspartners beginnen vaak over de wapen of tabaksindustrie. Dat zijn blijkbaar de eerste associaties met het woord ‘lobbyist’. Daarna wordt er nog gegrapt dat je wel veel geld zal verdienen , en daarmee zijn de clichés compleet.

De lobbyist waar mensen vaak als eerste aan denken werkt voor een groot bedrijf, en vertegenwoordigt een onsympathieke industrie. Hij of zij maakt schimmige afspraken met politici, heeft buitenproportioneel veel invloed en krijgt daar een ruim salaris voor. Als we uitgaan van dit stereotype, zou de wereld er waarschijnlijk beter uitzien zonder lobbyisten. Een deel van het ongemak over lobbyen komt door het
ondoorzichtige karakter van de functie . Het is vaak lastig om concreet te laten zien wat de gevolgen van een lobbytraject zijn. En mocht er wel een duidelijke link te leggen zijn tussen een politieke verandering en de inzet van een lobbyist, dan is het vaak niet opportuun om dat kenbaar te maken. Gesprekken met ambtenaren en politici vinden bijna altijd achter de schermen plaats, en zijn dus niet openbaar. Tot zover is het begrijpelijk dat lobbyen niet altijd de beste reputatie heeft.

Toch zou ik willen stellen dat lobbyen een onmisbaar onderdeel van het democratisch bestel is. Het is van groot belang dat er uitwisseling bestaat tussen bijvoorbeeld bedrijven, organisaties en vakbonden aan de ene kant, en de overheid aan de andere kant. Informatie en kennis vanuit de ‘echte wereld’ moeten
kunnen doordringen in de Haagse bubbel. In het huidige politieke klimaat is de doorstroom van Kamerleden hoog. Hierdoor ontstaat een gebrek aan ervaring en kan input van buitenaf erg nuttig , of zelfs noodzakelijk zijn. Partijen doen hun best om zoveel mogelijk experts op de lijst te zetten. Maar voor mensen
die de politiek goed volgen is het bij het aantreden van een nieuwe lichting Kamerleden meestal toch even schrikken. Het niveau van debatten laat in het begin vaak te wensen over, en het is te zien dat Kamerleden zich nog moeten verdiepen in sommige dossiers. Hier kunnen lobbyisten, als vooruitgeschoven posten van het maatschappelijk middenveld en het bedrijfsleven, een belangrijke rol
spelen door relevante informatie te delen.

Vlakbij de Tweede Kamer zitten de rijksambtenaren, verspreid over een paar hoge torens. Zij blijven vaak wat langer op hun plek (of in ieder geval binnen hetzelfde ministerie) en hebben doorgaans veel dossierkennis . Toch missen zij soms ook wat aansluiting met de praktijk. Met de eigen uitvoeringsorganisaties wordt haalbaarheid van wet en regelgeving al niet altijd goed afgestemd, laat staan met partijen buiten de overheid. Het kan dus zeker zinvol zijn als lobbyisten contact onderhouden
met ambtenaren, om ze te wijzen op blinde vlekken, uitvoeringsproblemen of creatieve oplossingen.

Weer even terug naar het verjaardagsfeestje waar je als lobbyist moet toelichten wat je zoal doet. Zelf leg ik in zo’n situatie uit dat ik lobby voor een ngo die werkt aan armoedebestrijding en noodhulp in India en Afrika. Dan krijg ik meestal hele andere reacties , waaruit blijkt dat mensen dit belangrijk en interessant vinden. Voor buitenstaanders maakt het misschien dus niet zoveel uit dat je lobbyt, maar waarvoor je lobbyt. En dat is wat mij betreft ook het essentiële vraagstuk.

Een wereld zonder lobbyisten geen goed idee. Excessen komen voor, en moeten met regelgeving bestreden worden. Maar zoals hierboven kort toegelicht heeft lobbyen een unieke plek in ons democratisch systeem, die we op waarde zouden moeten schatten.

Het zit hem dus ook niet zozeer in de aard van het werk, maar in waarvoor het wordt ingezet. Het is aan lobbyisten zelf om zich regelmatig af te vragen of ze voor een goede zaak werken. Kom je op voor mensen die het moeilijk hebben? Probeer je de wereld een stukje eerlijker, welvarender of groener te maken? Of ben je toch vooral de financiële belangen van een bedrijf aan het vertegenwoordigen? Je overtuigingskracht, politieke connecties, en sociale skills zijn net zo goed of slecht als het doel waarvoor je ze inzet. De reputatie van het vak van lobbyist hebben we zelf in handen. Als we bewust kiezen om ons in te zetten voor positieve zaken kan het imago van het vak veranderen. Dan denken mensen op dat feestje misschien niet meer direct aan de lobby voor tabak of wapens, maar aan betere wetten en opkomen voor mensenrechten. Zo zorgen we voor een mooiere wereld, mét lobbyisten.

Tessa Teurlings – 26 jaar lobbyist bij noodhulp en ontwikkelingsorganisatie Red een Kind. Achtergrond in internationale betrekkingen en mensenrechten

Categorieën: nieuws